Uitslag prijsvraag ‘Wie is Gideon de Wit?’

We kregen vele creatieve reacties, maar niet altijd de goede. Een leesclub uit Apeldoorn stuurde op de prijsvraag WIE IS GIDEON DE WIT? een uitgebreide lijst met auteursnamen in. Naast de juiste auteurs, ontdekten zij in Gideon de Wit ook trekjes van onder anderen Ronald Giphart, Gerrit Komrij, Hubert Lampo en Tommy Wieringa, waarmee maar weer eens is bewezen dat een goede lezer meer uit een roman haalt dan een schrijver erin heeft gestopt.

Omdat wij helaas onvoldoende goede oplossingen hebben binnengekregen, moeten wij afzien van de boottocht met Renate Dorrestein. De winnaars worden nu bij Renate op de thee uitgenodigd, zij ontvangen hiervan spoedig bericht.

Wij willen alle inzenders bedanken voor hun deelname. Als troost ontvangen zij een boekenpakket van Uitgeverij Contact. Wij willen de leesclub uit Apeldoorn in het bijzonder bedanken voor hun uitgebreide inzending.

Voor iedereen die meegepuzzeld heeft volgt hieronder de oplossing:

Jan Wolkers (pag. 16: ‘schrijven… is topsport’. Pag. 80: Rottumerplaat)

Jan Siebelink (pag. 16: ‘Italiaanse schoenen’)

Cees Nooteboom (pag. 16: ‘In het buitenland werd zijn werk overigens eerder gewaardeerd dan hier en met prestigieuze literaire prijzen overladen. Hij ontving eredoctoraten in Spanje, Finland, Japan en Mauretanië.’ Pag 17: Quote uit een buitenlandse krant)

Gerard Reve (pag. 17: ‘zijn magistrale tweeluik Op zoek naar het ergste en Geen weg terug. Pag. 35: ‘Koning Alcohol’, ‘een vorm van transsubstantiatie…’)

A.F. Th. van der Heijden (pag 17: ‘inclusief het nulde deel, de proloog, de twee epilogen, de appendix en het notenapparaat.’ Pag 32 e.v.: onderbroek-anecdote)

Jeroen Brouwers (pag. 23: ‘Soms leek hij een geboren bulderaar…etc.’ Verder vele vindplaatsen van Brouweriaans gescheld)

Thomas Rosenboom (pag. 23: ‘zijn lievelingskonijn’. Pag 53: het maken van grote schema’s op rollen behangpapier)

Arnon Grunberg (pag. 24: de geit. pag. 40: literair cordon sanitaire)

Adriaan van Dis (pag. 24: ‘de plagiaatkwestie’. Pag 33: ‘Talkshow op televisie’, ‘zo veel talen vloeiend spreken’)

Harry Mulisch (pag. 36: in Americain op een telefoontje zitten te wachten. Pag 97/98: onsterfelijkheid, olympische hoogten, gedoodverfde kandidaat voor de Nobelprijs, innerlijke leeftijd, de geschiedenis en de anti-geschiedenis, vesuviaanse explosie. Pag. 111: homerische proporties, pijp aan Maarten geven))

Boudewijn Büch (pag. 43: ‘de schrijvende reisleider’)

Marcel Möring (pag. 54: baanbrekende ideeën over internet en e-books)

Michaël Zeeman (pag. 54 en 55: het stelen van boeken, en de bibliotheek van 40.000 titels)

Jan Cremer (pag. 63: in een leren broek en met Jayne Mansfield achterop de motor van New York naar Zuid-Amerika rijden)

Maarten ’t Hart (pag.78: ‘een bovengemiddeld matig mens met een sterke voorkeur voor vezelrijke gewassen’, ‘gereformeerde jeugd’, eigen groente verbouwen. Pag 80: lijstduwer voor de partij voor de Dieren, coming-out).